Schotland 2013
Een paar jaar geleden zijn we al eens van Newcastle naar Stanraer gefietst om zo in Noord-Ierland terecht te komen. Omdat we wel erg gecharmeerd waren van Schotland gingen we terug en lieten daarbij de zuid(west)kant van de Columba fietsroute voor wat het is. Om niet twee keer eenzelfde routedeel af te leggen hebben we voor de terugweg een andere route vanuit Edinburgh naar Newcastle door het schittterende Northumberland National Park.
Donderdag 27 juni Ter Aar 97.93 – 15.1
Vanmorgen
vertrekken we juist op het moment dat de schilder zijn materialen
naar binnen brengt. Een mooi vooruitzicht: als we terug zijn zit het
complex weer strak in de lak, zonder dat we daar iets van hebben
gemerkt. De zon schijnt en we blijken de hele dag geen jas nodig te
hebben; een waardig begin van de vakantie. Vandaag een mooie tocht
met veel herkenbare punten: eerst het Land van Maas en Waal waar we
worden begeleid door oefenende helikopters, daarna de regio rond
Leerdam, waar we omringd worden door grote aantallen
landbouwwerktuigen en tenslotte het Groene Hart, waar op de smalle,
drukke wegen de auto’s groepsgewijs langskomen. Uiteindelijk
blijken we ook de hele dag tegenwind te houden. Aangekomen op de
hoogte van de camping blijken we aan de verkeerde kant van de vliet
te staan zodat we gedwongen wat extra kilometers maken. We eten in
Ter Aar (frites etc.), waarna nog een kort cafébezoek wacht waarbij
we, te midden van talloze rokers, bier rechtstreeks uit flesjes
drinken. Teruggekeerd op de camping bezoeken we de bijbehorende
wijngaard en zoeken tevergeefs naar een ooievaar met twee jongen. Het
enige wat we vinden is een leeg nest en dat stemt ons ook wel
tevreden. De op zich stille, goed geoutilleerd camping (€ 15)
blijkt in de aanvliegroute van Schiphol te liggen maar dat stoort ons
vandaag niet. Ik maak nog wel mijn telefoon onklaar door 3 x een
verkeerde code in te toetsen; vergeten dat mijn nieuwe toestel ook
een nieuwe SIM-kaart heeft. Morgen of zo eens zien hoe we dat gaan
oplossen.
Vrijdag
28 juni Ergens
op de Noordzee 56.84
- 14.1
Vannacht
stortregens, tegen de ochtend droger. Een natte tent mee op de boot
derhalve. Na het ontbijt, waarbij we ook brood klaarmaken voor de
avondmaaltijd en het ontbijt morgen, om 9.50 uur weggefietst.
Onderweg zo nu en dan een buitje maar merendeels droog. De route is
aanvankelijk erg mooi en voert over de ringdijken van Brasem en Kaag,
daarna door Nieuw Vennep, waar we foto's maken van enkele van de door
Caletrava ontworpen bruggen. Vanaf Hoofddorp is het saai fietsen met
veel autoverkeer om ons heen. Gelukkig gaan we later de Kennemer
duinen in. In IJmuiden doen we nog wat inkopen en eten in het
restaurant aan de kop van de haven sliptongetjes. Lekker dus. We
hebben hier uitzicht op zo'n moordende wereldoverzwervende
vissersboot: één trek en de zee is leeg. We vermaken ons met een
fraai verhaal van de kelner die uitlegt hoe een karper er met zijn
nieuwe dure hengel vandoor is gegaan en hoe hij die heeft
teruggevonden. Zoals gebruikelijk duurt het weer een tijd voor we
mogen inschepen, maar ook zoals altijd biedt dat gelegenheid voor een
praatje met mensen om ons heen. Eenmaal aan boord dankzij de service
van en uiterst vriendelijke en begripsvolle servicemedewerkster van
DFDS een e-mail kunnen sturen om de PUK-code van mijn telefoon
te bemachtigen.
Zaterdag
29 juni Acklington 54.1
- 14.1
Rustige
nacht. En weer zoals gebruikelijk duurt het weer een redelijke tijd
voor we van boord kunnen en de douane schiet dit keer ook niet echt
op. Zodoende zijn we pas om 10.30 uur aan het fietsen. Daarom snel
geld tappen, even bij de VVV informeren wat de dichtstbijzijnde
camping moet zijn voor de terugweg en vervolgens over de kustweg
noordwaarts. Sommige delen zijn erg mooi: begroeide paden door de
duinen, andere leiden door plaatsen met erg veel verkeer. Het
vakantieseizoen is duidelijk ook hier begonnen. Even wennen is dat,
omdat je soms aan de verkeerde zijde van de weg op de stoep moet
rijden, het verkeer je direct tegemoet komt, soms erg dichtbij. Het
grootste deel van de dag is zonnig, later wat meer bewolking en
steviger tegenwind. Loeki's kaarsje is na 40 kilometer op en we gaan
daarom op zoek naar de dichtstbijzijnde camping die aan het einde van
een lange, kaarsrechte weg, tegen de wind in, eenzaam in het
binnenland blijkt te liggen: Honeysuckle Cottage. Gelukkig hebben we
met vooruitziende blik al in Lynemouth boodschappen gedaan zodat we
in ieder geval beschikken over warm eten, ontbijt en bier. Na het
diner in de luwte van een caravan maken we nog een avondwandelingetje
rond een meertje waarbij we een echte jager, in camouflage-uitrusting
en met geweer, ontmoeten die zojuist een konijntje heeft geschoten
voor de havik van een vriend van hem. Na een glas bier snel slapen.
Zo'n eerste dag in een vreemde omgeving hakt er toch weer in.
Zondag
30 juni Beal 88.42
- 14.5
Op
Loeki's verjaardag vormen enkele geplukte bloemen en gebakken eieren
voorlopig het enige geschenk: onze tassen zijn al erg vol en er zal
nog wel het een en ander bij komen. In Warkworth passeren we ons
eerste kasteel: Warkworth Castle, stonghold of the Percy family,
helaas gemolesteerd. Merkwaardig hoe hobbelig asfalt kan worden
gelegd: alleen te passeren met een snelheid onder de 15 km/h. Of ver
daarboven. We
lunchen in het schattige Alnmouth, een soort Engels
Stavoren, inclusief verzande haven. Hierna op een halfverhard pad
langs de kust verder. De hele dag hebben we uitzicht op zee, in een
golvend landschap met muurtjes en heggen, estuaria etc. Een keer
moeten we van de fiets omdat we door/over een riviertje over het
strand moeten. De harde wind is intussen overgegaan in een stevige
storm die we van alle kanten mogen ontvangen. Daarom lunchen we in
een halfopen schuur, boven op grote strobalen, lekker uit de wind en
met een fraai uitzicht. Aangenaam. Het laatste kasteel van de dag,
nadat we hebben besloten een iets andere route naar Beal te volgen
dan aangegeven, is het geweldig grote Dunstanburgh Castle. De A1
blijkt echter niet zo'n succes om op te fietsen en ijlings zoeken we
toch weer naar kleinere binnenwegen. Weer geweldig mooie vergezichten
vanaf de talrijke, veelal steile, heuvels die we bedwingen. De
camping blijkt erg nieuw, te beschikken over 1 heren- en 1
damestoilet en om 5 uur te sluiten. Maar wel met uitzicht op Holy
Island én beschut tegen de voortdurende wind. En omdat we nog op
tijd arriveren is het prima lokaal bier nog verkrijgbaar. Het
verjaardagseten wordt genuttigd in Lindisfarne Inn en is rijkelijk
met echte boter overgoten. Bovendien mag ik in het restaurant even
mijn e-mail raadplegen en kan ik mijn telefoon weer
gaan gebruiken! Tijdens het eten begint het te regenen, maar later droogt het weer. In verband met de oversteek morgen ga ik nog even de
getijdentabel vastleggen: de enigetoegangsweg is een deel van de dag overstroomd. Omdat het hoog water aan het worden is krijg ik een indruk hoe een en ander er dan uitziet.
Maandag
1 juli Beal 6.75
- 14.4
Vannacht
weer wat regen, vanmorgen heel vroeg even gewekt door een grote groep
kraaien die in het veld voor en rond de tent een teringherrie maken.
Daarna verder geslapen omdat we pas vanmiddag om half een de
overtocht naar Holy Island kunnen maken. De route is leuk, langer dan
we dachten en leidt door een uitgestrekt gebied met schorren en
slikken. Bij volledig eb moet het zelfs mogelijk zijn hier te voet
doorheen over te steken langs een stakenroute maar wij houden ons
maar aan het asfalt. Holy Island is klein, met een mooi, klassiek
kasteel op een eenzame rots boven alles uitstekend. Daarnaast
limepits,kalkovens, uit de zeventiende eeuw, nog redelijk intact. Het
kasteel is overigens in het begin van de twintigste eeuw
gerestaureerd door iemand die er zijn indertijd modern zomerhuisje
van heeft gemaakt, hetgeen in ieder geval aan de buitenzijde niet
zichtbaar is. Het dorp zelf is nog net gezellig met een redelijk
aantal toeristen. Een mooie abdij, vanzelfsprekend in geconserveerde
ruïneuze toestand. Parochiekerk bezocht om foto's van het orgel te
maken en daarna boodschappen (for what it's worth) in een van alles
wat winkeltje. Ingrediënten: pasta, saus en tonijn (in blik), een
combinatie die we vaker zullen eten. Verder kopen we hier nog een
mooie grote magneet en twee mooie bieren. De dag is weer geslaagd. De
zon laat zich de hele dag regelmatig zien en we hebben een mooie
heldere lucht. Vanaf de camping kijken we, met een bier in de hand,
hoe het tij weer binnenloopt en de doorgang wordt afgesloten.
Fantastisch gezicht en het zal weer even duren voor we vanaf de tent
opnieuw 180 graden uitzicht hebben.
Dinsdag
2 juli Melrose 90
Bij
het opstaan voor het eerst bewolkt en grijs. Het eerste stuk van de
route is schitterend mooi, dicht langs de kust. Het wegdek is minder:
slecht, heel slecht en afwezig zijn de soorten van vandaag. Na
Berwick, waar
we koffie en cake nuttigen bij de lokale golfclub, hebben we een normale, volledig geasfalteerde weg langs de Tweed, waarbij we afwisselend in Schotland en Engeland fietsen door regelmatig de rivier over te steken. In Hutton doen we inkopen. Hierna zet de regen door, worden de hellingen veelvuldiger en steiler en zet de wind weer eens lekker door. We besluiten daarom naar de camping in Melrose te fietsen, maar dat blijkt door een verwarrende combinatie van kaart, boekje en Gps-track die ons vaker parten zal spelen, verder weg te zijn dan we dachten zodat we rond 19 uur hier nogal vermoeid arriveren. Om 20.30 uur zijn we aan het eten waarna we ons heil zoeken in de Ship Inn. Twee bieren en een whisky wensen ons een goede nacht en we vallen snel in slaap op de fraaie camping waar alleen nog wat plaats over is voor tentjes; de rest is vol.
Woensdag3
juli Peebles 53.46
- 13.1
Vanmorgen
"uitgeslapen": om 8 uur gewekt door een grote grasmaaier
die de velden van het rugbyterrein naast onze tent aan het maaien is.
Het weer is droog, de wind wat afgenomen en we gaan verder langs de
Tweed. Een mooi, open landschap, heuvels die al geel beginnen te
kleuren van de brem en witte stipjes van schapen op de uitgestrekte
groene weiden, door grijze stenen muurtjes omringd. Minder klimwerk
dan gisteren, het landschap verandert: de hellingen worden langer. In
Melrose bekijken we even een kerk. De dame die ons wegwijs maakt
heeft haast; ze moet zich gaan omkleden omdat de koningin geheel
onverwacht een bezoek komt brengen aan het nabij gelegen vroegere,
zojuist gerestaureerde, woonhuis van Walter Scott. Kort na Melrose
valt Loeki volledig voor een varkentje met pluizige oortjes (en
vervaarlijke tanden), dat dan ook uitgebreid wordt geportretteerd. We
lunchen kort voor Innerleithen, met de voeten in de Tweed. Toch doen
we in het dorp nog eens koffie met taart waarna we richting Peebles
peddelen. We rijden even om om Traquier House te bezoeken, het oudst
bewoonde huis van Schotland. De hier ook gevestigde brouwerij kan
helaas niet worden bezichtigd omdat er juist wordt gebrouwen, maar
gelukkig wordt ons wel een proeverij van de drie bieren aangeboden.
Waarna we overgaan tot aanschaf ervan (en voor Loeki een T-shirt voor
haar verjaardag en een magneet). Als we weer verder fietsen halen we
twee paarden met anderhalve ruiter in. De grootste brult ons van
verre toe zo ver mogelijk om hen heen te rijden: blijkbaar schrikken
de beesten meer van onze fietsen dan van haar geschreeuw.
Donderdag
4 juli Biggar 38.5
- 11.7
Terwijl
we aan het wachten zijn op het te bezorgen ontbijt (dat lang
wegblijft omdat het oorspronkelijk is bezorgd op een verkeerd veld
met gelijkluidend tentnummer) verandert een regenbui onze droge tent
in een natte dweil. Het ontbijt is overigens lekker (vet): worst,
ham, witte bonen in tomatensaus, champignons en vettig brood; we zijn
eigenlijk voor de hele dag klaar denken we. Als we wegfietsen zijn de
weersomstandigheden weer goed, maar al snel krijgt de stevige wind de
overhand, zo nu en dan vergezeld van een buitje. Een heuvelachtige
rit met schitterende vergezichten, maar de tegenwind maakt het
redelijk zwaar de lange steile hellingen op te fietsen; naar beneden
moeten we bijtrappen. Daarom stoppen we bijtijds in Biggar, tenslotte
hebben we vakantie. Tent met alle lijnen vastgezet want de bomen
krommen onder de storm. Even het dorp in nadat we op de camping een
beetje wegwijs zijn gemaakt door lokale mensen die eerder in
Nederland fietsten en daar het brood zo lekker vonden). Biggar blijkt
een aardig dorp met een echte bakker en prima pub, beide van
levensbelang in deze dagen. Terug op de camping bereiden we onze
maaltijd in de luwte van een heel dikke boom. Na het avondmaal nog
een avondwandeling en dan is de dag grotendeels voorbij.
Vrijdag
5 juli Linlithgow 49.43 – 13.4
Vanmorgen
nog steeds zeer winderig en koud. En daarom ontbeten in de luwte van
Biggars geschiedenis in vogelvlucht (“London is big, but Biggar is
biggar”). Mooi op tijd weg. Het eerste deel van de route is
redelijk eenvoudig en niet het mooiste deel tot nu toe: een soort
Schots Friesland: veel groen en koeien, verder weinig boeiend. We
passeren Blackburn waar we boodschappen doen en merken dat we het
drukke verkeer in een paar dagen volledig ontwend zijn. Gelukkig is
het slotstuk anders : de laatste helling neemt alle hoogtemeters weg,
geeft ze terug en voegt er nog wat aan toe, met fantastische
vergezichten, uitzicht 280 graden rond en meer dan 10 kilometer ver:
de inspanning van de beklimming van de helling meer dan waard. De
camping Beecraigs is een klein veld, ingeklemd tussen hoge bomen en
niet echt droog. De zon is dan ook snel verdwenen: jammer voor onze
was. Gelukkig biedt het terras van het bijbehorend restaurant volop
zon, nog meer mooie vergezichten waaronder uitzicht over de beroemde
brug over de Firth. Ons cash geld is bijna op maar we kunnen de
slagboomsleutel die we als fietser toch niet nodig hebben weer
inleveren. De geretourneerde ponden kunnen weer worden omgezet in
bier. Tijdens het eten blijven we dankzij de radio van de buren prima
op de hoogte van de prestaties van Andy Murray op Wimbledon en worden
we belaagd door spelende kinderen met ballen, fietsen en stepjes en
door midges. Onze anti-muggenhoed gaat voor het eerst op. Het werkt.
Zaterdag
6 juli Fintry 73.61 – 12.9
Vanmorgen
de drassige camping dra verlaten. De eerste 40 kilometer voeren ons
comfortabel langs een kanaal over een halfverhard pad, onderbroken
door een lange tunnel met druipsteenornamenteringen waar het even
heel nauw wordt als we tegenliggers met een fietskar passeren, voert
over aquaducten: in het begin erg aangenaam, later wat saai. We
passeren het Falkirk Wheel, een unieke manier om boten een meter
of 15 omhoog te krijgen. Even later lunchen we bij een sluisje, waar
we, na aanvankelijk voor een pizza te kiezen, uiteindelijk zwichtten
voor Fish and chips. Brood is al net buiten Linlithgow aangeschaft,
ingrediënten voor de Salade Niçoise van morgen worden in
Kirkutbright in de tassen weggestopt. Hier tappen we een geldautomaat
af, waarbij een oudere dame Loeki erop wijst dat het verboden is bij
een bushalte te parkeren: “ It may arrive any moment now”. Loeki:
“We just need this moment”. Na afscheid te hebben genomen van het
kanaal zijn de eerste hellingen een verademing die wel even wordt
onderbroken door een steile en lange heuvelrug. De afdaling maakt
veel goed overigens. Aangekomen op de eindbestemming blijkt een heel
klein restant van Balgair castle te zijn omgetoverd in een grote
typische GB-camping met veel vertier. Omdat onze tent, zoals
gebruikelijk de allerkleinste op de hele camping, op een kruispunt
staat zien we alle kinderen die over een fiets, step, trapkar etc.
beschikken uitgebreid en herhaald langskomen. In de avonduren maken
we nog wat Megabytes op aan een chat met veel plaatjes met het thuisfrond,
onder het genot van een entertainer. Gelukkig zitten we buiten,
binnen is het erg warm met luide muziek en dronken publiek.
Zondag
7 juli Strathclyde 56.16 – 12.8
De
dag begint met een stralende zon die ons niet meer zal verlaten; de
temperatuur loopt op tot 30 graden op Loeki's kilometertellertje.
Onderweg besluiten we de route aan te passen: de geplande tocht
blijkt niet of slechts met moeite haalbaar en dat is niet de
bedoeling. We draaien af naar Callander waar we koffie drinken en
zoeken onze weg naar de route midden door de Schotse Highlands. De
wegen worden dientengevolge lastiger, zeker onder de brandende zon.
Na Callander verruilen we de verharde weg voor losse steenslag, soms
vers gebroken en erg scherp. We stoppen regelmatig en
arriveren zo om
half vijf op de camping. Hier lessen we dankzij de campingwinkel die
over koud bier beschikt eerst onze dorst alvorens de tent op te
bouwen, we hebben geen haast. Onze salade verorberen we laat op de
avond en maken daarna nog een avondwandelingetje langs de rivier. Die juist achter onze tent stroomt. Midges vliegen in grote aantallen rond maar het lukt ons de binnentent mugvrij te houden. En we besluiten dat we morgen wel zien waar we heen gaan: richting Pitlochry en daarna zien we wel verder.
Maandag
8 juli Stratclyde 11.84 12.6
Als
we ontwaken ziet de tent zwart van de midges die naar buiten wolken
zodra de voorhang open gaat. Na het ontbijt, bij vertrek, blijkt dat
Loeki's achterband zacht is. Die pompen we op maar een halve
kilometer buiten het dorp blijkt deze weer leeg te zijn. Even wennen
aan de nieuwe fiets-samenstelling: even uitzoeken hoe het achterwiel
met rem zou moeten worden verwijderd. Bovendien, omdat deze fiets
geen snelspanner voor de remmen op het achterwiel heeft, is het
lastig het wiel tussen de remblokjes door te halen om een nieuwe
binnenband op te leggen. Ik denk op de camping hiervoor even snel een
torque-schroevendraaier te halen maar die blijkt niet te passen in
het frame. Dan maar voorzichtig de brede band tussen de remmen door
gewrongen. Bij het retourneren van het gereedschap blijk ik zelf ook
een lekke band te hebben. Deze crash-course Rohloff/Magura/Gates doet
ons besluiten het verblijf op deze camping met een dag te verlengen:
het is intussen redelijk laat geworden. Omdat het warm is geworden
zetten we ook de tarp op. De tijd wordt nuttig besteed: we doen een
wasje, bekijken de route voor de komende weken en doen boodschappen.
In de pub (“We can't all be stars but we can twinkle”) mogen we
onze diepgevroren garnalen tijdelijk bewaren in de diepvries van het
restaurant. Tenminste nadat ik begrepen ben: mijn gebitsplaatje maakt
me niet altijd even verstaanbaar en de barman verstaat chips in
plaats van shrimps. In eerste instantie heeft hij daarom alleen een
verbijsterde blik: waarom chips in de diepvriezer? Loeki biedt
hulp.
Op de camping schaf ik nog vier bier aan, waarvan er een uit mijn handen valt en spontaan open barst. Ik krijg spontaan gratis een nieuw blikje, maar aangekomen bij de tent blijk ik wederom maar over drie bier te beschikken. Niet mijn beste dag heden. Na het eten koel ik mezelf af door in de rivier te staan, hetgeen voor talloze kleine visjes een reden is aan mijn voeten te knabbelen. Merkwaardig gevoel.
Op de camping schaf ik nog vier bier aan, waarvan er een uit mijn handen valt en spontaan open barst. Ik krijg spontaan gratis een nieuw blikje, maar aangekomen bij de tent blijk ik wederom maar over drie bier te beschikken. Niet mijn beste dag heden. Na het eten koel ik mezelf af door in de rivier te staan, hetgeen voor talloze kleine visjes een reden is aan mijn voeten te knabbelen. Merkwaardig gevoel.
Dinsdag
9 juli Aberfeldy 66.55 – 13.8
Weer
een warme dag: de meeste Schotten beginnen nu rood uit te slaan.
Vandaag over mooie, rustige binnenwegen gefietst. Al snel na de
camping passeren we een man die ons dreigend toespreekt over
verschrikkelijke hellingen en afstanden die we zullen moeten
afleggen. Dat vialt allemaal, zeker voor het middagmaal, best mee.
Onderweg nog een Kleine-Beer-huisje op de foto gezet en daarna via
oude spoorbanen omhoog en omlaag met weidse uitzichten. In Killin
fraaie watervallen/stroomversnellingen. Iets verderop, na een lunch
op een wat minder opgeruimde locatie, twee koffie bij een
“Refreshments”-tentje langs de weg. De arme man is juist aan het
opruimen omdat hij een dringend telefoontje van thuis had ontvangen
maar wil ons nog wel helpen. En daarna in een schitterende,
bosachtige omgeving een erg lange afdaling. Hier blijken overigens
ook Schotten dol op hekwerken. Waarna vanzelfsprekend een heel
steile zigzag helling, gelardeerd met horzels, voorafgegaan door het
viaduct van Glen Ogle.
Lunch in de schaduw van een schuurtje om de Schotse zon te ontlopen en weer dalend naar Kenmore waar we pauzeren op het terras van de gelijknamige oudste inn van Schotland. Hier doen we ook boodschappen in het postkantoor. Het bier zakt in de kuiten en stijgt ons naar het hoofd, maar de camping is eenvoudig bereikbaar. Hetgeen waarschijnlijk betekent dat we morgen weer moeten stijgen. Op de camping wordt stevig gebarbecued zodat we soms onze eigen tent niet meer zien staan vanaf de picknickbank. De zojuist verworven maaltijd blijkt ook zonder magnetron te kunnen worden bereid, waarna we in het dorp de totale verzamelde lokale jeugd op het dorpsplein aanschouwen. Het dorp blijkt gelukkig ook te beschikken over een aangename pub met lokaal bier en Aberfeldy whisky.
Lunch in de schaduw van een schuurtje om de Schotse zon te ontlopen en weer dalend naar Kenmore waar we pauzeren op het terras van de gelijknamige oudste inn van Schotland. Hier doen we ook boodschappen in het postkantoor. Het bier zakt in de kuiten en stijgt ons naar het hoofd, maar de camping is eenvoudig bereikbaar. Hetgeen waarschijnlijk betekent dat we morgen weer moeten stijgen. Op de camping wordt stevig gebarbecued zodat we soms onze eigen tent niet meer zien staan vanaf de picknickbank. De zojuist verworven maaltijd blijkt ook zonder magnetron te kunnen worden bereid, waarna we in het dorp de totale verzamelde lokale jeugd op het dorpsplein aanschouwen. Het dorp blijkt gelukkig ook te beschikken over een aangename pub met lokaal bier en Aberfeldy whisky.
Woensdag
10 juli Blair Athol 42.67 – 13.5
Na
een stevig ontbijt met verse, warme bacon rolls uit de lokale
bakkerij, bewonderende blikken van een motorrijder op onze fietsen en
het opsporen van de warden om onze campingplaats te kunnen afrekenen
negeren we zoals gewoonlijk de borden die waarschuwen voor een
afgesloten weg; de versperring blijkt inderdaad eenvoudig en met
toestemming van de wegwerkers passeerbaar. Al snel arriveren we in
Pitlochry: een aardige plaats maar vol met toeristen. We nuttigen
hier koffie en sandwiches in wat achteraf een nep-pub blijkt te zijn
en rollen door naar Blair Atholl. Tevoren bekijken we nog even het
bezoekerscentrum van Killiecrankie. Hier is in feite de enige
veldslag geleverd waar de Jacobijnse Schotten een overwinning hebben
behaald op de Engelsen. De eerste camping is fully booked (geen
zwervers gewenst lijkt een betere omschrijving), de volgende blijkt
op het terrein van Blair Castle te liggen. Aangenaam ruim na de
volgeplande plaatsen van gisteren, landelijk en modern ingericht.
Omdat de tent al vroeg staat (half drie) brengen we een bezoek aan de
tuinen van het kasteel. Hier een aardige, grote walled garden. De
rest van het complex laten we voor wat het is. De warmte maakt de
kelen weer dorstig, hetgeen goed uitkomt: de pub met een aangename
mogelijkheid tot buiten zitten ligt naast de winkel. Weer zelf goed
gekookt en een rustige avond volgemaakt.
Donderdag
11 juli Rothimurchus 92.79 – 14.9
En
weer een (heel) warme dag. Bijtijds vertrokken voor wat we verwachten
dat een zware dag zal worden, hetgeen wordt bevestigd door een bord
waarop fietsers worden gewaarschuwd voor het ontbreken van elke
voorziening over een lengte van 30 kilometer, grote hoogte (486
meter) en bedreigende weersomstandigheden. De helling blijkt echter
heel geleidelijk te stijgen op een separaat fietspad, gelegen tussen
snelweg en spoor en voorzien van prima asfalt. Bij de eerste boterham
rijkelijk wilde aardbeitjes gegeten. We brengen een kort bezoek aan
de distilleerderij van Dalwhinnie en schaffen ons eerste kleine
flesje aan. Juist hiervoor nuttigen we soep en cola in een
restaurantje met talloze prenten met afbeeldingen uit Amsterdam aan
de muur. De volgende afdaling is erg mooi: 's ochtends door een smal
dal langs de Truin, in de middag ontplooien zich vergezichten met
sneeuwvelden op de heuveltoppen. Rond vier uur slaat de hitte echt
toe en willen we eigenlijk alleen nog zo snel mogelijk een camping
bereiken. De eerste camping vraagt £ 24,50 voor een pitch. Dat vind
ik echt teveel; na mijn opmerking dat ik de camping niet wil kopen
geeft de eigenaar aan dat hij ook niet wil verkopen. Als troost cola
bij het aanpalende Italiaans restaurant en door naar de volgende
camping. Die blijkt vol/overbooked te zijn, maar na enig aandringen
blijven we buiten de boeken, voor £ 20 overigens. Toch maar
geaccepteerd omdat we niet de puf hebben naar een volgende locatie 10
kilometer verderop te fietsen. Campings blijken niet altijd goedkoop
in Schotland. We krijgen een prachtige plek, op een eilandje, direct
aan het water. Eigenlijk de mooiste plek van de hele vakantie. Het
opzetten en inruimen van de tent kost ons bijna een heel uur. Later
naar Aviemore: eten bij Papa Rock, een grote zaal vol met LP's aan
muren en plafonds, dit naast drumstellen en motoren. Omdat de winkels
laat open zijn nog wat boodschappen kunnen doen, waarna terug naar de
tent. Aangenaam rustig.
Vrijdag
12 juli Craigelachie 63.63 – 15.4
Ontbeten
met gebakken eieren: tijd genoeg omdat we pas om 9 uur de sleutel van
het toiletgebouw kunnen inleveren. Na een half uurtje bereiken we de
afslag naar onze whiskyroute. Hier fietsen we door naar Speysite waar
nogal wat distilleerderijen in het dal van de Spey moeten liggen. De
eerste 30 kilometer zijn mooi en redelijk geaccidenteerd en vandaag
merken we dat na een aantal dagen een temperatuur van 30 graden best
wel vermoeiend is. Gelukkig komen we een paar kilometer voor de
geplande camping langs de distilleerderij van Johnny Walker. Ook hier
kopen we wat miniatuurflesjes en doen een tasting van de duurste
flessen die we kunnen vinden (voor 4 pond proeven we whiskys van 300
pond). Aangenaam. Dit, in combinatie met de nog steeds brandende zon,
maken de laatste kilometers naar de kampeerplek, waarbij we
voortdurend worden gepasseerd door tientallen oude, walmende, hard
scheurende oude Ford auto's, wel zwaar. We breiden het inschrijven
dan ook uit met de aanschaf van een ijsje en krijgen zo weer energie.
Bij de lokale fietsenmaker in Cragtown, die ook koffie verkoopt,
krijg ik een torque-sleutel die op onze Magura's past. Op de camping
reserveer ik in verband met het weekeinde alvast een plaats voor
morgen als we hier terugkomen van ons whisky-rondje. Deze combinatie
geeft toch een veilig gevoel. De Smidge die we een paar dagen geleden
aanschaften in Killcranchie, blijkt overigens zowel werkzaam tegen
midges als vliegen en ander gespuis. Prettig deze avond.
Zaterdag
13 juli Cragtown on Spey 73
Vanmorgen gewekt door regendruppels op het tentdoek, maar eenmaal op de fiets wordt het snel droog. De distilleerderij van MacAllan is gesloten als we deze passeren, net als de Speyside cooperidge, waar ze per jaar zo'n 900.000 whiskyvaten behandelen. Hier toch maar wat foto's gemaakt. Gemoedelijk voortpeddelend blijkt Glenfiddich wel open. Hier doen we een rondleiding (in ijltempo overigens, het is hier een rondleidingsfabriek), gevolgd door een ruime tasting. De ronde is nu bijna afgesloten maar voor we op de gisteren al gereserveerde camping zullen aankomen blijken we nog 250 meter te moeten stijgen, met eerst een afdaling van 20% en vervolgens een helling van 13%, vervolgd door een kilometers lange klim. Het uitzicht is wel schitterend. De zuid-hellingen beginnen langzaam paars te kleuren van de heide. Mooi in combinatie met de volop bloeiende gele brem. We zien ook veel kale toppen en kijken ver weg in weglopende dalen. De laatste kilometers naar de camping zijn geweldig in één grote afdaling. Het plaatsje voor de tent is net groot genoeg om tent, scheerlijnen en haringen te kunnen bevatten en ligt zowat in de overvolle, lawaaierige speeltuin en direct naast de niet geluidgedempte generator van de friettent. Bovendien moet iedereen die zich over het campingterrein beweegt langs onze tent lijkt het. Het avondmaal (burger en frites) blijkt bijna eetbaar. Niet zo'n aanrader derhalve.
Vanmorgen gewekt door regendruppels op het tentdoek, maar eenmaal op de fiets wordt het snel droog. De distilleerderij van MacAllan is gesloten als we deze passeren, net als de Speyside cooperidge, waar ze per jaar zo'n 900.000 whiskyvaten behandelen. Hier toch maar wat foto's gemaakt. Gemoedelijk voortpeddelend blijkt Glenfiddich wel open. Hier doen we een rondleiding (in ijltempo overigens, het is hier een rondleidingsfabriek), gevolgd door een ruime tasting. De ronde is nu bijna afgesloten maar voor we op de gisteren al gereserveerde camping zullen aankomen blijken we nog 250 meter te moeten stijgen, met eerst een afdaling van 20% en vervolgens een helling van 13%, vervolgd door een kilometers lange klim. Het uitzicht is wel schitterend. De zuid-hellingen beginnen langzaam paars te kleuren van de heide. Mooi in combinatie met de volop bloeiende gele brem. We zien ook veel kale toppen en kijken ver weg in weglopende dalen. De laatste kilometers naar de camping zijn geweldig in één grote afdaling. Het plaatsje voor de tent is net groot genoeg om tent, scheerlijnen en haringen te kunnen bevatten en ligt zowat in de overvolle, lawaaierige speeltuin en direct naast de niet geluidgedempte generator van de friettent. Bovendien moet iedereen die zich over het campingterrein beweegt langs onze tent lijkt het. Het avondmaal (burger en frites) blijkt bijna eetbaar. Niet zo'n aanrader derhalve.
Zondag
14 juli Inverness 71
Zonnig
weer Een normale fietsdag, met uitzondering van het steenpad dat in
feite waarschijnlijk niet voor fietsers is bedoeld (Carr-trail). We
bezoeken de distilleerderij van Tomatin, die op zondag geen
rondleiding doet maar tot onze vreugde wel een tasting. We blijven
daarna omhoog gaan met een echte pas (inclusief bord) als beloning.
Het landschap verandert, wordt ruiger. Kort voor Inverness bezoeken
we nog het slagveld bij Culloden, waar de Engelsen de Schotten
definitief onderwerpen (in de pan hakken) en waar, volgens de National Trust, de Europese en wereldgeschiedenis werd herschreven. De uiteindelijke afdaling naar Inverness geeft een werkelijk schitterend uitzicht over zee, Inverness en het land aan de overzijde van de Firth. Inverness zelf maakt een uitgestrekte, triestige indruk. De stadscamping blijkt over een bijna leeg tentenveld te beschikken. Hier zien we weer een Rollend Hotel: een bus met als aanhanger slaapplaatsen voor al die mensen, boven en dicht naast elkaar. Na het avondeten op zoek naar een pub. Die kunnen we niet vinden maar als we een rondje langs het sportveld lopen wijst iemand ons de weg. Blijkbaar niet goed genoeg, we vinden nog niets, maar even later haalt de man ons per auto in en zet ons voor de deur af. 's Nachts is het rustig, het enig geluid komt van de generatoren van het naastgelegen zwembad.
definitief onderwerpen (in de pan hakken) en waar, volgens de National Trust, de Europese en wereldgeschiedenis werd herschreven. De uiteindelijke afdaling naar Inverness geeft een werkelijk schitterend uitzicht over zee, Inverness en het land aan de overzijde van de Firth. Inverness zelf maakt een uitgestrekte, triestige indruk. De stadscamping blijkt over een bijna leeg tentenveld te beschikken. Hier zien we weer een Rollend Hotel: een bus met als aanhanger slaapplaatsen voor al die mensen, boven en dicht naast elkaar. Na het avondeten op zoek naar een pub. Die kunnen we niet vinden maar als we een rondje langs het sportveld lopen wijst iemand ons de weg. Blijkbaar niet goed genoeg, we vinden nog niets, maar even later haalt de man ons per auto in en zet ons voor de deur af. 's Nachts is het rustig, het enig geluid komt van de generatoren van het naastgelegen zwembad.
Maandag
15 juli Inverness 15
Uitgeslapen. Bewolkt. Tegen de middag fietsen we door het park naar de stad waar we wat ronddwalen. We bezoeken de kasteelheuvel (nu de rechtbank), lopen door de winkelstraten waar voornamelijk kilts en souvenirs worden verkocht, verbazen ons over het grote aantal gesloten kerken, bezoeken de kerken die wel open zijn en drinken hier de eerste goede koffie van de vakantie. We lunchen achter de kathedraal: een mooie, stille locatie. Op het station boeken we alvast kaartjes voor het traject Oban-Edinburgh; in de voorverkoop zijn treinkaartjes aanzienlijk goedkoper en we moeten tijdig plaatsen voor onze fietsen reserveren. Zoals gebruikelijk belanden we weer in een kroeg. Terug op de camping schijnt de zon. 's Avonds houden we ons aan de aanbevelingen van de Rough Guide: we eten bij het aanbevolen Indiaas restaurant Radja (eten goed, koffie dagen geleden gezet) en luisteren in de Hootenannybar onder het genot van lokale bieren naar live muziek. Overigens zijn de bieren beter dan de muziek.
Uitgeslapen. Bewolkt. Tegen de middag fietsen we door het park naar de stad waar we wat ronddwalen. We bezoeken de kasteelheuvel (nu de rechtbank), lopen door de winkelstraten waar voornamelijk kilts en souvenirs worden verkocht, verbazen ons over het grote aantal gesloten kerken, bezoeken de kerken die wel open zijn en drinken hier de eerste goede koffie van de vakantie. We lunchen achter de kathedraal: een mooie, stille locatie. Op het station boeken we alvast kaartjes voor het traject Oban-Edinburgh; in de voorverkoop zijn treinkaartjes aanzienlijk goedkoper en we moeten tijdig plaatsen voor onze fietsen reserveren. Zoals gebruikelijk belanden we weer in een kroeg. Terug op de camping schijnt de zon. 's Avonds houden we ons aan de aanbevelingen van de Rough Guide: we eten bij het aanbevolen Indiaas restaurant Radja (eten goed, koffie dagen geleden gezet) en luisteren in de Hootenannybar onder het genot van lokale bieren naar live muziek. Overigens zijn de bieren beter dan de muziek.
Dinsdag
16 juli Fort Augustus 58
Onder
een felle zon al vroeg op weg. Al snel bereiken we Loch Ness, waar we
volgens passanten geluk hebben met de wind: het kan hier vreselijk
stormen en dan is fietsen bijna onmogelijk. In Dores moeten we een
kwartier wachten voor de inn open gaat om koffie en cake te nuttigen
zodat we nog even op zoek kunnen naar Nessie. Hierna weer omhoog,
omzwermd door wolken plakkerige vliegen. Bij de watervallen van
Foyers lunchen we en ontdekken en passant een gebroken spaak in mijn
achterwiel. Geen idee hoe lang die al kapot is, maar het fietsen gaat
nog prima. De stijging naar het hoogste punt van de hele route gaat
goed, hoewel de tegenwind heftig weerstand blijft bieden. Boven zoals
immer een fantastisch uitzicht; door de voortdurende wind is de lucht
altijd helder. Wegwaaiend dalen we naar Loch Turff, het
zoetwaterreservoir voor onze eindbestemming, Fort Augustus. Ook hier
een groot kampeerveld voor wandelaars en fietsers. En kanovaarders
zal even later blijken: het blijkt zo hard te hebben gewaaid dat het
niet verantwoord was vandaag per kano over Loch Ness te varen. In
Fort Augustus zelf herkent Loeki het sluizencomplex van het bezoek
met haar ouders. We eten bij de tent en schrijven daarna in de door
de Rough Guide aangeprezen Lock Inn eindelijk de kaarten die we al
tijdenlang in onze tas hebben meegesleurd. Hetgeen resulteert in een
nacht waarin we vaak de tent uit moeten.
Woensdag
17 juli Fort William 56
Vanmorgen
zon, maar de wind is gebleven. Bij het vertrek bekijken we uitgebreid
het sluizencomplex. Al snel komen de wolken op en wordt de dag grijs
met zo nu en dan een drizzle. We fietsen weer de hele dag langs
water; eerst het laatste stuk van het Caledonisch kanaal, dan Loch
Lochry waar het asfalt wordt vervangen door andere verharding: gravel
en zand en later steenslag met kuilen. Bij de sluizen is het verschil
tussen kapitale zeiljachten en huurboten duidelijk zichtbaar; de
sterke wind maakt het afhandelen van deze boten in de sluis tot een
vermakelijk avontuur voor sluiswachter en kijkers. Het beeld onderweg
is zoals ik me Schotland had voorgesteld: grijze meren met zilveren
licht en heuvels in dezelfde tinten. Onderweg voorzien we nog een
tweetal uitgeputte wandelaars van koffie. Het laatste deel van de
tocht is dermate slecht dat we weinig van het landschap meekrijgen.
Op weg naar de camping blijkt Fort William omgeven door een web van
(smalle) snelwegen, waarop nogal wat agressieve automobilisten. Erg
onprettig. De camping aan de voet van de Ben Nevis is groot, herbergt
eindelijk eens een groot aantal tenten in plaats van sleur- en vaste
hutten, met een winkel die is voorzien van een groot aantal lokale
bieren. We hoeven ons fraaie plekje voorlopig niet te verlaten. Wel
koelt het in de loop van de avond behoorlijk af. Opmerkelijk: er komt
iemand voorbij strompelen: het blijkt een Fransman te zijn die de
West Highland Way in drie dagen en 2 uur (18 uur per dag) heeft
gelopen: “I have a lot of energy”. Iets meer dan de zeven die
wijzelf indertijd gebruikten. Morgen wil hij toch de Ben Nevis op.
Maar in het strompelen is hij niet alleen: veel mensen op de camping
lopen moeilijk.
Donderdag
18 juli Fort William 11
De
dag begint koel maar aan het einde van de middag begint de zon te
schijnen. Bij het ontbijt ontdekt een roodborstje onze eettafel als
picknickplek: hij is tot op 50 centimeter benaderbaar. En schuwt
toeschouwers niet. Een appelvinkje even later vertoont hetzelfde
gedrag. Vandaag staat de reparatie van de gebroken spaak in mijn
achterwiel primair, nadat we het Ben Nevis bezoekerscentrum hebben
bezocht. Niet dat wij omhoog willen overigens. De eerste fietsenmaker
heeft geen tijd, Nevis Bikes gelukkig wel en ik besluit ook maar een
reservespaak mee te nemen. Mijn spaken worden niet geacht te breken
maar dit lijkt me daar een prima verzekering voor. Overdag zijn we in
Fort William dat voornamelijk lijkt te bestaan uit een hoofdstraat
met uitsluitend winkels en eet- en drinkgelegenheden en daarbuiten
voornamelijk B&B's. Niet echt boeiend, maar er zijn wel heel veel
wandelaars. We bezoeken het West Highland Museum, dat zich blijkt te
concentreren op de militaire geschiedenis van de streek (de Engelse
commando's werden hier opgeleid) en dagelijkse gebruiksvoorwerpen in
een wat onoverzichtelijk pand. Wel een fraaie pub met een van de
mooiste namen van de tocht: The Grog and the Gruel. Gen idee wat het
betekent, maar het klinkt wel lekker. Terug op de camping wachten we
tot de Ben Nevis zich van de bewolking wil ontdoen, hetgeen rond zes
uur gebeurt. Dan blijkt pas echt hoe mooi deze camping is gelegen.
Vrijdag
19 juli Kinlochleven 42,4
Vanmorgen
is de tent drijfnat van de dauw, een aankondiging van mooi weer.
Hetgeen waar blijkt: als we rond negen uur vertrekken is de tent
bijna droog. We zijn veel te vroeg bij het veer naar de overkant,
maar durven het risico niet te lopen later te gaan omdat de oversteek
maar drie keer per dag wordt gemaakt. Na de overtocht van bijna 10
minuten geraken we snel aan thee en cake, met vanaf het terras vrij
uitzicht op de Ben Nevis, die zich naarmate het zicht steeds
helderder wordt steeds duidelijker uit troont boven de omringende
lagere heuvels. Na veel foto's te hebben gemaakt in het prachtige
gebied rond Inverscaddle Bay zien we hier ook dolfijnen/tuimelaars
op- en neerduiken. In de laatste seconden bereiken we het veer bij
Corran waar de veerman even geduld heeft met vertrekken als hij mij
in de verte ziet zwaaien. Lof voor deze man. Hierna fietsen we tot
aan North Ballachulish op het trottoir van de A82; verschrikkelijk
druk en we moeten soms even stoppen om iets van het mooie landschap
te kunnen waarnemen. Omdat we ruim in de tijd zitten besluiten we om
te rijden via Kinlochleven, een omweg waar we geen spijt van zullen
krijgen. Dit stuk van de route is eenvoudigweg schitterend. We weten
soms niet waar eerst te kijken op deze tocht over de oevers van Loch
Leven. De camping blijkt enigszins aangepast sinds Jan, Gert en ik
hier waren. Zo zijn er hutten beschikbaar voor passanten. Ik laat
mezelf nogmaals fotograferen voor de muurschildering van de WHW-route
binnen en stuur die naar mijn oude wandelvrienden. We eten in het
dorp omdat we geen winkel kunnen vinden (de volgende dag wel
overigens). De rust op de camping verdwijnt als een grote groep
tieners op de camping wordt losgelaten.
Zaterdag
20 juli Benderloch 58
De
hele nacht een teringherrie. Hetgeen erin resulteert dat de groep van
de camping wordt verwijderd (“The adults did not take their
responsability”) en wij het geld van de overnachting terugkrijgen.
Overigens blijkt het hier bestelde ontbijt te bestaan uit één
broodje per persoon. Voor 3 pond. Nadat we later zijn vertrokken dan
gewend vervolgen we onze tocht aan de zuidzijde van het Loch, na in
de toch ontdekte winkel alvast inkopen te hebben gedaan en in de
aanpalende souvenirshop Oeteldonkse attributen te hebben
aangetroffen. Halverwege is er een uitzichtpunt dat alleen kan
worden geroemd: het hele meer in een oogopslag: fraai. Later volgen
we de N78 die direct langs de kust loopt; het uitzicht blijft
derhalve mooi. De kleuren van vandaag: weer paars van de heide op de
zuid-hellingen en de alom aanwezige digitalis. Bij Appin lessen we
onze dorst op een aangenaam terras en brengen uitgebreid Castle
Stalker in beeld: en klassiek kasteel: een toren op een eiland. We
zijn in dit hete weer blij tijdig op de camping te arriveren en omdat
we vroeg zijn hebben we een eersterangs plaats met vrij uitzicht op
schapen en Ardmucknish Bay. Later zal overigens blijken dat de
camping over wel erg weinig sanitair beschikt: de wachtrijen voor de
beide douches kunnen aardig oplopen. Ondanks onze inkopen besluiten
we Fish and chips te gaan eten in een award winning tentje verderop.
We blijken niet de enigen en de wachttijd loopt op tot drie kwartier,
hetgeen hier blijkbaar niemand verwondert. Niet helemaal duidelijk
overigens welke awards hier zijn gewonnen. Na nog een kort bezoek aan
het strand duiken we op tijd ons bed in na de vorige rumoerige nacht.
Zondag
21 juli Oban 19
We
maken geen haast, nuttigen een goed ontbijt en breken tent en tarp
zonder enige haast af. Op de brug bij Connell kijken we nog even naar
de stroomversnelling eronder, waarna we onze weg vervolgen door een
elegisch landschap, sterk golvend en helemaal verlaten onder een
brandende zon. Het laatste stuk omhoog doet Loeki bijna smelten, maar
gelukkig kunnen we even bijkomen te midden van een kaboutervolkje bij
Roseview House waar we, dankzij een cachelocatie, ook een weids
uitzicht hebben op de voor de kust gelegen eilanden. De afdaling naar
Oban gaat snel, maar de camping blijkt weer op een hoogte te liggen
en is lastig te bereiken. We blijven hier twee nachten en betalen
daarvoor £ 40. Omdat we vroeg gearriveerd zijn doen we een machinale
was/droog-handeling. De mevrouw van de camping is gelukkig bereid
haar eigen boodschappenlijst uit te breiden met brood en bier voor
ons en de avondmaaltijd van gisteren is nog niet gebruikt. Mooie
camping overigens, al is er op ons plekje geen meter recht. Omdat we
vroeg in de schaduw verdwijnen (wel prettig met dit weer overigens),
dineren we op het hoogste plekje van de camping en hebben zo een meal
with a view.
Maandag
22 juli Oban 7
Vannacht
een stevige wind maar de tarp houdt zich prima. Wel goed dat we hier
enigszins in de luwte staan. Uitgeslapen en rustig, uitgebreid
ontbeten waardoor we eerst rond half twaalf naar Oban afreizen. We
bekijken het stationnetje waar we de volgende dag vertrekken,
wandelen langs de kade, volgen een rondleiding door de
distilleerderij. Niet zo groot als de vorige, maar een leuke tour ,
prima tasting en gratis drum. Lekker, we ruiken en proeven onder
andere casked strength Oban. Lunch met schelpdieren aan een
stalletje, bestijgen McCaig's Tower, een soort folly met erg mooi
uitzicht over stad
en baai. De kathedraal, een grote, sombere klomp steen wordt nog bezichtigd waarna we de lokale brouwerij bezoeken en ook hier wat vis wegwerken; Oban is per slot van zake niet voor niets het centrum van seafood. De vis is dan ook beter dan het saaie bier. Op weg naar de tent doen we inkopen bij Tesco: erg groot en 18 uur per dag geopend. Op de camping blijkt een van de blikjes Old Specled Hen spontaan te zijn opengebarsten en alles in de tas, inclusief passen en pasjes, te hebben voorzien van een bier-odeur. Wassen en drogen dus; gelukkig werkt het weer mee, maar ik ben ruim een uur bezig alvorens over te gaan tot het nuttigen van een Salade Niçoise, rijkelijk gevuld met verse garnalen en zalm. Door de wind geen last van midges.
en baai. De kathedraal, een grote, sombere klomp steen wordt nog bezichtigd waarna we de lokale brouwerij bezoeken en ook hier wat vis wegwerken; Oban is per slot van zake niet voor niets het centrum van seafood. De vis is dan ook beter dan het saaie bier. Op weg naar de tent doen we inkopen bij Tesco: erg groot en 18 uur per dag geopend. Op de camping blijkt een van de blikjes Old Specled Hen spontaan te zijn opengebarsten en alles in de tas, inclusief passen en pasjes, te hebben voorzien van een bier-odeur. Wassen en drogen dus; gelukkig werkt het weer mee, maar ik ben ruim een uur bezig alvorens over te gaan tot het nuttigen van een Salade Niçoise, rijkelijk gevuld met verse garnalen en zalm. Door de wind geen last van midges.
Dinsdag
23 juli Edinburgh 16
Wat
een rustige camping: het enige geluid is het waaien van de wind. Laat
opgestaan en op het gemak afgebroken en ingepakt. Toch zijn we tegen
11 uur bij het station, waar we nog ruim twee uur moeten wachten voor
de trein vertrekt. Na een uur begint het te regenen en er is
eigenlijk geen schuilplaats.
Hoewel de trein klaarstaat mogen we pas 15 minuten voor vertrek instappen. Eenmaal gezeten blijkt dat de fietsen aan het achterwiel moeten worden opgehangen zodat alles moet worden omgepakt.In plaats van 4 uur rustig te kunnen lezen krijgen we Georgina, een oudere dame die graag praat, met name over haar dyslectische zoon etc. We arriveren keurig op tijd in Glasgow en hebben een nette overstap. In Edinburgh blijken de liften eigenlijk te klein voor fietsen zodat we wat trucjes moeten uithalen om boven te komen. De camping is nog een flink stuk verder fietsen en bevindt zich boven op een van de vele heuvels in en rond Edinburgh; een zwaar ritje na een dag stilzitten. Op de camping (£ 22 per nacht!) krijgen we na klagen een betere plaats toegewezen dan de oorspronkelijk toegewezen gloomy plaats naast de ingang. Na het terugvinden van een verdwaalde Loeki kunnen we nog net boodschappen doen voor de campingwinkel sluit. Dankzij de tarp kunnen we droog koken en eten.
Hoewel de trein klaarstaat mogen we pas 15 minuten voor vertrek instappen. Eenmaal gezeten blijkt dat de fietsen aan het achterwiel moeten worden opgehangen zodat alles moet worden omgepakt.In plaats van 4 uur rustig te kunnen lezen krijgen we Georgina, een oudere dame die graag praat, met name over haar dyslectische zoon etc. We arriveren keurig op tijd in Glasgow en hebben een nette overstap. In Edinburgh blijken de liften eigenlijk te klein voor fietsen zodat we wat trucjes moeten uithalen om boven te komen. De camping is nog een flink stuk verder fietsen en bevindt zich boven op een van de vele heuvels in en rond Edinburgh; een zwaar ritje na een dag stilzitten. Op de camping (£ 22 per nacht!) krijgen we na klagen een betere plaats toegewezen dan de oorspronkelijk toegewezen gloomy plaats naast de ingang. Na het terugvinden van een verdwaalde Loeki kunnen we nog net boodschappen doen voor de campingwinkel sluit. Dankzij de tarp kunnen we droog koken en eten.
Woensdag
24 juli Edinburgh
Uitgeslapen
en daarna met de bus naar Edinburgh, een reis van ruim een half uur.
Wat rondgedwaald door de straten parallel aan Princess Street en ons
verbaasd over het grote aantal pubs. Die verbazing zal de komende
dagen blijven: de keuze is royaal. Bij het VVV een kelderwandeling
geboekt en over een deel van de Royal Mile gelopen. De tour blijkt te
gaan door de gewelven van South Bridge, oorspronkelijk bedoeld als
opslag- en werkruimte maar later in gebruik genomen voor werkelijk
alles, variërend van illegale pubs tot opslag van gestolen lijken;
een leuke rondleiding. In haar inleiding gaat de gids in op de
levensomstandigheden in het oude Edinburgh waar arm en rijk
noodgedwongen door elkaar woonden en waar iedereen de “bucket of
nastiness” gewoon uit het raam kieperde, hoe hoog ook. Mooie
verhalen dus. Tijdens onze zoektocht naar lokale bieren raken we in
gesprek met een taxichauffeur die fraai weet te verhalen over zijn
rondzwervingen door Israël en Egypte in de jaren 70. Gegeten
(redelijk goed in redelijk kleine porties) en op aanraden van onze
Rough Guide terecht gekomen in een voormalig bankgebouw dat is
omgebouwd tot grote pub: The Last Standing Order. Mooi, gezellig en
zoals gebruikelijk, in tegenstelling tot de horeca in Nederland, erg
rustig. 's-Middags waren we overigens al in The Last Drop, met
uitzicht op de voormalige galg. De terugweg neemt nogal wat tijd in
beslag (ver lopen) omdat de busroute was omgeleid ten gevolge van de
aanleg van een nieuwe tramlijn. Eigenaardig om iemand oneindig traag
cement tussen stenen te zien gieten uit een grote plastic
plantengieter. Hij heeft waarschijnlijk geen haast.
Donderdag
25 juli Edinburgh
Weer
uitgeslapen en rustig ontbeten na eerst om 5 uur te zijn gewekt door
opgewekt terugkerende campinggasten. Besloten er een zwerfdag van te
maken, hetgeen al snel resulteert in een zeer machtige
chocoladetaart, al dan niet voorzien van warme custard, de aanschaf
van veel magneetjes en een blije Chinees die wel handel ziet in
Loeki's Snoopy-verzamel-hobby.
Op weg naar het koninklijk verblijf in Schotland (Holyrood House) passeren we Canongate Kirk, waar we hartelijk worden geholpen. Mooie kerk in lichtblauw en wit, fraai versierd en met vaste plaatsen voor de koninklijke familie en personeel. Het Schots parlement en koninklijk kasteel bekijken we alleen uitwendig. Edinburgh Castle wordt juist gesloten als we daar arriveren. Boodschappen voor het avondmaal en terug naar de tent. Mooi meegenomen is dat de regen van de ochtend in de loop van de dag plaats maakt voor zo nu en dan zon waardoor de jassen weer uit kunnen.
Op weg naar het koninklijk verblijf in Schotland (Holyrood House) passeren we Canongate Kirk, waar we hartelijk worden geholpen. Mooie kerk in lichtblauw en wit, fraai versierd en met vaste plaatsen voor de koninklijke familie en personeel. Het Schots parlement en koninklijk kasteel bekijken we alleen uitwendig. Edinburgh Castle wordt juist gesloten als we daar arriveren. Boodschappen voor het avondmaal en terug naar de tent. Mooi meegenomen is dat de regen van de ochtend in de loop van de dag plaats maakt voor zo nu en dan zon waardoor de jassen weer uit kunnen.
Vrijdag
26 juli Edinburgh
Uitgeslapen,
alweer dus; we beginnen er bijna aan te wennen, maar voorlopig lijkt
dit toch de laatste keer te zijn. Zonder jas naar Edinburgh, eerst
naar Calton Hill. Hier een fantastisch uitzicht over de stad en de
monding van de Firth. Omdat het helder weer is kunnen we erg ver
kijken en zijn de kleuren erg mooi: zilver, licht blauw, met mooie
schaduwen en wolken. De hele stad ligt hier aan je voeten. Nog mooier
vanaf Nelson Monument, 170 treden hoger, waarbij je het vulkaangebied
van Edinburgh duidelijk als zodanig herkent. Daarna wandelen we naar
het Schots Nationaal Museum waar ze over en verrassend grote
collectie Nederlandse meesters blijken te beschikken.
De Schotse kunst zelf lijkt ons een slag minder interessant. Daarom met de gratis museumbus naar de moderne afdelingen van het museum. De collecties zijn hier deels aardig, deels minder. Na het bezoek lopen we terug naar Princess Street (de dag was tot dan toe te druk om meer dan 1 koffie te drinken) waarna we na een bier terugkeren naar de camping in dezelfde tijd als ik nodig heb om van 's-Hertogenbosch naar Utrecht te komen. De enige (stort)bui van vandaag valt op het moment dat wij in het museum zijn, voor de rest een zonnige dag. Wat ons tot nu toe opvalt is de grote hoeveelheid kleine winkeltjes, het negeren van verkeerslichten door voetgangers, de onvoorstelbare hoeveelheid bussen, het gebruik van de geparkeerde auto als eetkamer of leeszaal en de slechte toestand van het asfalt.
De Schotse kunst zelf lijkt ons een slag minder interessant. Daarom met de gratis museumbus naar de moderne afdelingen van het museum. De collecties zijn hier deels aardig, deels minder. Na het bezoek lopen we terug naar Princess Street (de dag was tot dan toe te druk om meer dan 1 koffie te drinken) waarna we na een bier terugkeren naar de camping in dezelfde tijd als ik nodig heb om van 's-Hertogenbosch naar Utrecht te komen. De enige (stort)bui van vandaag valt op het moment dat wij in het museum zijn, voor de rest een zonnige dag. Wat ons tot nu toe opvalt is de grote hoeveelheid kleine winkeltjes, het negeren van verkeerslichten door voetgangers, de onvoorstelbare hoeveelheid bussen, het gebruik van de geparkeerde auto als eetkamer of leeszaal en de slechte toestand van het asfalt.
Zaterdag
27 juli Innerleithen 52 – 13.5
Op
tijd en met zon vertrokken. Vergeten foto van de camping te maken
blijkt achteraf. De eerste 35 kilometer gaan we omhoog, met steeds
mooiere en verdere uitzichten over Edinburgh en omgeving, daarna
hoeven we 6 kilometer niet te trappen. Na golvende korenvelden en
eindeloze weides rijden we over een weg die van het ene dal in het
andere voert, bijna zonder bebouwing of andere tekenen van leven,
omgeven door zacht glooiende hellingen die hoog boven ons reiken.
Kleuren van de dag: wit van spirea, paars van wilgenroosjes, groen
van gras en bruin en grijs van rotsen. Tijdig aangekomen in
Innerleithen (£ 11, inclusief douchemunt) komen we weer de fietsende
Amerikaan tegen die we onderweg ook al even spraken. De rust op de
camping is snel over als er een aantal kanovaarders met 8 kleine
kinderen een plaats vinden tegenover en naast onze tent. Na een
stortbui, waarbij blijkt dat door een uit-stekende tas het water
vanaf de tent naar binnen wordt geleid, gaan we het dorp in. Een
bier in een verlopen(?) hotel, prima pizza in een restaurant waar ze
“understaffed” zijn (een understatement: latere gasten worden
heengezonden): Fiko's Bistro, op de camping nog een bier en whisky en
tijdig slapen. De kinderen worden stil, hun ouders ook en de
nachtrust daalt over ons neer.
Zondag
28 juli Melrose (again) 29.69 – 14.8
Vannacht/gisteravond:
stevig onweer en fikse regen. Die laatste zal niet stoppen voor drie
uur in de middag. Vol goede moed vertrokken over dezelfde weg die we
op de heenweg ook al bereden besluiten we in Melrose niet verder te
fietsen: het is gewoon niet leuk. We hebben tijd genoeg en om
voortdurend in de stromende regen te fietsen is niet zo aangenaam.
Omdat we, verzopen als we zijn, eerst koffie en cake nuttigen
arriveren we precies op tijd op de camping om plaats te mogen nemen:
dezelfde als een paar weken eerder. Het duurt even voor de binnentent
droog is, waarna we boodschappen doen in het dorp. We treffen op de
camping een Nederlands paar dat ons vertelt dat Lizzard Lane, de
camping in Tynemouth, in tegenstelling tot de vermeldingen op
internet, wel tenten opneemt. Goed nieuws dus. En we bezoeken Melrose Abbey. Altijd weer geweldig hoe in dit land ruïnes kunnen worden bewaard als parken.
Maandag
29 juli Wooler 72.95 – 14.9
Vanmorgen
wat later weg omdat buurman Gordon nog een praatje komt maken. Helaas
veroorzaakt dit ook dat onze tent net niet droog wordt ingepakt. Op
de terugweg naar Kelso herinneren we ons soms punten van de heenreis,
bijvoorbeeld Scott's view, waar we nu wel zicht hebben. Na Kelso,
waar we nog een gasblik voor de brander kunnen scoren, geeft de
rugwind ons vleugels. In de middaguren begint het te stortregenen
waarbij beekjes van de hellingen stromen. We zijn dan ook blij te
kunnen aanleggen bij een herberg waar we net zo lang blijven tot
buiten de zon weer schijnt. Kort hierna beginnen we aan onze eigen
route en volgen de Penine Cycleway die ons door Northumberland
National Park zal voeren, in eerste instantie mooi en glooiend. Door
onze gedwongen stop zijn we pas laat op de camping (Riverside, £ 11
), maar we slagen erin nog voor zonsondergang onze warme maaltijd te
nuttigen op deze typisch Engelse camping. De sterke wind koelt flink
af, hoewel de meeste campinggasten daar weinig erg in schijnen te
hebben.
Dinsdag
30 juli Alwinton 41 – 8.5
Met
een droge tent vertrokken. Vrijwel direct na de camping een heftige
klim, waarvan wij denken dat het een van de weinige zal zijn. Sommige
ideeën blijken echter niet bewaarheid te worden: dit wordt de
zwaarste fietsdag van de hele vakantie, zie ook het daggemiddelde van
8,5 kilometer. In de eerste twee uur deden we 7,5 kilometer. Vandaag
is het de dag van de 4½ vordes: de eerste is doorwaadbaar, de tweede
niet, de derde niet, de vierde niet (achteraf wel toen ik er doorheen
ben gewandeld, maar dit bruggetje was wel erg eenvoudig te nemen) en
de laatste is zo klein dat Loeki hem niet eens heeft gezien. Het pad
door de glooiende weilanden varieert van heel erg slecht tot niet
bestaand: modderhellingen vol rolstenen, volkomen door
landbouwwerktuigen en fourwheel drives kapotgereden wegen, sommige
zelfs met de fiets aan de hand amper te begaan. Bovendien is de
tegenwind zo sterk dat alleen op de steilste dalingen we niet hoeven
mee te trappen. Het laatste stuk voor de camping bestaat uit een
weiland waar we zelf min of meer de richting moeten bepalen, gevolgd
door een steile afdaling van uitsluitend los materiaal. De route
loopt hierna verder over de camping. Vervelend is wel dat we de hele
dag geen winkel of wat dan ook zijn tegengekomen. Avondeten doen we
derhalve in het hotel waarbij de camping hoort, tezamen met een Duits
koppel dat dezelfde problemen met het wegdek ondervindt als wij.
Omdat ze langere dagafstanden hebben gepland voor de rest van hun
vakantie zullen ze hun plannen moeten aanpassen, altijd een vervelend
moment.
Woensdag
31 juli Bellingham 42.99 – 12.7
Bijschrift toevoegen |
Donderdag
1 augustus Bellingham
Uitgeslapen,
was in de droogtrommel, tent verplaatst (“This is the fastest
removal I ever saw”), plaats op de camping Lizzard Lane
gereserveerd, ontbeten en de route voor morgen bepaald. In het dorp
blijkt de ATM van de bank al enkele dagen buiten gebruik en in het
postkantoor worden onze Nederlandse betaal/creditkaarten niet
herkend. We bezoeken het graf van Langpack en schaffen ons de
bijbehorende ballade aan, drinken thee op het voormalig station in een oude wagon, doen wat boodschappen en doen de rest van
de dag niets op de camping, een en ander onder een warme hemel. Thuis
lijkt het verschrikkelijk warm te worden, hier hebben we het beter.
Vanavond blijkt bij het opruimen van mijn tas overigens dat DFDS
denkt dat wij vandaag naar huis zouden varen, terwijl ik dacht dat
dat pas komende maandag zou zijn.
Vrijdag
2 augustus Newton 63 – 13.5
En
weer met een droge tent weg, na eerst de terugreis te hebben geboekt
voor komende maandag. Die blijkt duurder dan het retourtje dat we
eerder kochten, maar we kunnen ons nu aan onze planning houden;
bovendien merken we dat we de (klein)kinderen toch wel weer graag
zouden willen zien. We volgen nu de Reivers fietsroute: Reivers waren
schurken in de grensstreek en we begrijpen nu waarom ze zo onvatbaar
waren: veel kleine kronkelpaadjes, geen meter horizontaal maar wel
met mooie uitzichtpunten. De talloze veehekken zullen er in die tijd
nog wel niet hebben gestaan.
Onderweg passeren we midden in nergens een kerkje bovenop een heuveltje, gebouwd op Saksische fundamenten, waar nog elke 14 dagen een dienst is. Voor wie vragen we ons af? Omdat we vroeg onze tent hebben opgezet fietsen we eerst naar het naburige Corridge, waar we wel geld kunnen tappen, brood kunnen kopen en op een aangenaam terras kunnen plaatsnemen. Terug op de camping (Wellhouse Farm, £ 12) blijken de inmiddels gearriveerde buren van muziek te houden. Het zijn overigens aardige mensen die ons kunnen wijzen hoe we bij de Duke of Wellington in Newton kunnen komen, een inn die ons onderweg als veelbelovend is aangeraden. We negeren hun bezwaren over afstand en hellingen, terecht blijkt later, maar eenmaal aangekomen blijkt het uitzicht hier beter dan de sfeer: het is meer een posh restaurant dan een pub. Na een enkel bier aanvaarden we derhalve de terugreis naar de camping waar inmiddels de rust is weergekeerd.
Onderweg passeren we midden in nergens een kerkje bovenop een heuveltje, gebouwd op Saksische fundamenten, waar nog elke 14 dagen een dienst is. Voor wie vragen we ons af? Omdat we vroeg onze tent hebben opgezet fietsen we eerst naar het naburige Corridge, waar we wel geld kunnen tappen, brood kunnen kopen en op een aangenaam terras kunnen plaatsnemen. Terug op de camping (Wellhouse Farm, £ 12) blijken de inmiddels gearriveerde buren van muziek te houden. Het zijn overigens aardige mensen die ons kunnen wijzen hoe we bij de Duke of Wellington in Newton kunnen komen, een inn die ons onderweg als veelbelovend is aangeraden. We negeren hun bezwaren over afstand en hellingen, terecht blijkt later, maar eenmaal aangekomen blijkt het uitzicht hier beter dan de sfeer: het is meer een posh restaurant dan een pub. Na een enkel bier aanvaarden we derhalve de terugreis naar de camping waar inmiddels de rust is weergekeerd.
Zaterdag
3 augustus South Shields 60.1 – 14.3
Vanmorgen
de tent uitgebrand. Eenmaal onderweg lijkt het weer om te slaan maar
uiteindelijk behouden we de traditionele zonnige dag met stevige
tegenwind. Al snel belanden we op bekend terrein: de Hadrian Wall
fietsroute. Dan blijkt hoe lang beelden in het geheugen blijven
opgeslagen: beiden herkennen we menig punt waar we in 2008 langs
fietsten. We drinken koffie bij de brug in Ovingham en even later
bezoeken we eindelijk het geboortehuis van George
Stevenson (een kamer in een vierkamer/vierfamilie-woning). Leuk, met een aardige dame die prima kan vertellen over de tijd van Stevenson en dat kan doortrekken naar het heden. Ik schaf wat boekwerkjes aan over Stevenson, spoorwegen en de invloed van de ontwikkeling van het stoomwezen en de invloed hiervan op de toenmalige samenleving; techniek moet worden beschreven door Engelsen. Hierna zijn we snel in Newcastle, vanwaar het nog ruim een uur fietsen is naar de camping. Die is in de afgelopen periode wel veranderd (verbeterd). De prijs overigens ook: £20 per nacht. Gelukkig hoeven we niet op het schuine tentenveldje plaats te nemen. Ik zet de tent vast met stormlijnen: de wind waait voort. Daarna naar de Marshden Inn: hier is, op het personeel na, niets veranderd. Na afloop nog even het strand onder de camping op. Erg mooi hier met kalkrotsen in een ondergaande zon.
Stevenson (een kamer in een vierkamer/vierfamilie-woning). Leuk, met een aardige dame die prima kan vertellen over de tijd van Stevenson en dat kan doortrekken naar het heden. Ik schaf wat boekwerkjes aan over Stevenson, spoorwegen en de invloed van de ontwikkeling van het stoomwezen en de invloed hiervan op de toenmalige samenleving; techniek moet worden beschreven door Engelsen. Hierna zijn we snel in Newcastle, vanwaar het nog ruim een uur fietsen is naar de camping. Die is in de afgelopen periode wel veranderd (verbeterd). De prijs overigens ook: £20 per nacht. Gelukkig hoeven we niet op het schuine tentenveldje plaats te nemen. Ik zet de tent vast met stormlijnen: de wind waait voort. Daarna naar de Marshden Inn: hier is, op het personeel na, niets veranderd. Na afloop nog even het strand onder de camping op. Erg mooi hier met kalkrotsen in een ondergaande zon.
Zondag
4 augustus South Shields
Prima
geslapen, met uitzondering van een periode waarin drie mannen
terugkomen uit de kroeg en er een fantastisch over zijn nek ging,
waarvan ik de meeste details wel meekrijg. Wakker geworden met zon.
Omdat de bus naar Newcastle op zondag niet rijdt besluiten we een
wandeling over de rotsen langs de kust te maken, waarbij we genieten
van fraaie uitzichten op al dan niet afbrokkelende rotsen. De
gedachte komt op dat over enkele millennia Engeland wellicht volledig
in zee zal zijn gespoeld. We bekijken de vuurtoren en brengen daarna
enkele uren door aan de Wherry, een uiterst mooi en
rustig strand,
waar we kijken hoe de vloed binnenrolt. Op de terugweg blijven we nog
even hangen bij een vliegerfestival en doen inkopen voor het
avondmaal bij een Indiër die naar het lijkt de hele week de hele dag
open is: vanavond eten we chicken tikka massala uit een
kant-en-klaar-pak. Als we terug zijn op de camping blijken bijna alle
tenten te zijn vertrokken: erg rustig derhalve. Na het avondeten nog
even terug naar het strand, een whisky in de tent (de strandpub is al
gesloten) en naar bed. Om half 10 begint het te regenen.
Maandag
5 augustus Noordzee 12.43 – 12.5
Het
is sinds gisteravond niet meer droog geweest. Omdat we geen enkele
haast hebben breken we eerst de binnentent af en pakken onze tassen
voor de laatste keer in zodat we ruim kunnen zitten.
De vijf weken zijn omgevlogen maar het zal ook goed zijn alle vrienden, familie en bekenden weer te zien. Rond half een neemt de regen af en breken we de tent af. Bij de Pride of Tyne, het overzetveer, ontmoeten we de fietsenbouwers van Havok, van wie we de zelfgebouwde ATB's bewonderen. Zij geven ons het adres van een goede Fish and chips-gelegenheid (The Waterfront): een schot in de roos. Aangekomen bij de ferry mogen we al snel aan boord: het personeel krijgt medelijden met ons omdat we in de stromende regen staan te wachten. Vrij snel na de afvaart duiken we onze cabine in om de meegenomen sandwiches te nuttigen en zeer tijdig te gaan slapen.
De vijf weken zijn omgevlogen maar het zal ook goed zijn alle vrienden, familie en bekenden weer te zien. Rond half een neemt de regen af en breken we de tent af. Bij de Pride of Tyne, het overzetveer, ontmoeten we de fietsenbouwers van Havok, van wie we de zelfgebouwde ATB's bewonderen. Zij geven ons het adres van een goede Fish and chips-gelegenheid (The Waterfront): een schot in de roos. Aangekomen bij de ferry mogen we al snel aan boord: het personeel krijgt medelijden met ons omdat we in de stromende regen staan te wachten. Vrij snel na de afvaart duiken we onze cabine in om de meegenomen sandwiches te nuttigen en zeer tijdig te gaan slapen.
Dinsdag
6 augustus Thuis 30.48 -16.8
De
terugreis verloopt als verwacht. Na ons eigen ontbijt mogen we al
snel van boord. De 30 kilometer naar Amsterdam hebben we de wind
voornamelijk in de rug en zo zijn we tijdig op het station in
Amsterdam. Voor de fietsen is 10 minuten later plaats in de trein waardoor om goed 1 uur thuis het grote uitpakken kan beginnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten